Als Laura erachter komt dat ze minder verdient dan een mannelijke collega die even oud is als zij, evenveel ervaring heeft én exact hetzelfde werk doet, besluit ze op onderzoek uit te gaan. “Ik had hem nota bene aan deze baan geholpen!”
Laura werkt als projectconsultant aan infrastructuurprojecten. Als ze voor een onderzoek van een student deelneemt aan een enquête stuit ze op een vraag over discriminatie op de werkvloer. “De vraag was of ik als vrouw op mijn werk weleens werd gediscrimineerd. Aanvankelijk dacht ik van niet.”
Kort na het invullen van de enquête ziet ze een campagne over gelijke beloning. “Dat zette me toch aan het denken. Ik werd nieuwsgierig of er bij mij op het werk misschien ook sprake was van een loonkloof.”
Tijdens de lunch besluit Laura een van haar mannelijke collega’s eens naar zijn salaris te vragen. “Hij was even oud als ik, had dezelfde werkervaring, maar bleek toch een stuk meer te verdienen. Ik had hem nota bene aan deze baan geholpen!” Laura is boos als ze dit hoort, maar begint ook te twijfelen. “Je gaat je toch afvragen of je wel écht hetzelfde werk doet. Of hij niet misschien toch iets meer deed. Je wilt graag dat er een verklaring is voor het verschil in beloning.” Ze praat erover met andere collega’s en de twijfels worden steeds kleiner: hier is sprake van loondiscriminatie.
Laura raapt haar moed bij elkaar en gaat het gesprek aan met haar leidinggevende. Dat levert weinig op. “Hij kapte het gesprek snel af. ‘We hebben een transparant salarishuis, dat alle werknemers kunnen inzien,’ was het antwoord. Daar moest ik het maar mee doen.” Ze vertelt een goede vriend aan de telefoon over het gesprek met haar werkgever. “Hij antwoordde dat een man zich met zo’n reactie niet zou laten afschepen, die zou er direct tegenin gaan. Toen dacht ik bij mezelf: ‘wat stom, waarom doe ík dat niet?”
Opnieuw gaat Laura naar haar leidinggevende, dit keer vastberaden een beter antwoord te krijgen op haar vraag. Wéér krijgt ze te horen dat het salarishuis transparant is. “Het verschil tussen het salaris van mij en dat van mijn mannelijke collega zat hem in het feit dat hij was ingeschaald als senior medewerker en ik als medior medewerker. Onzin, vond ik, we deden immers precies hetzelfde werk. Bovendien kon ik nergens vinden op basis van welke kwalificaties werd bepaald of iemand medior of senior is.”
Voor Laura is de kwestie dus nog niet opgehelderd. Als ze voor de derde keer bij haar leidinggevende aanklopt raakt hij geïrriteerd. Ze wordt doorgestuurd naar de directeur, die ook direct in de verdediging schiet. Het lukt Laura niet om in het gesprek tot hem door te dringen. Ze gaat daarom op zoek naar een andere manier om dit aan te pakken. “Ik ben online allerlei informatie over de loonkloof gaan opzoeken. Wat ik me eerder niet had gerealiseerd was dat mijn werkgever misschien wel helemaal niet bewust was van de verschillen in beloning en zich door mijn vragen in het nauw gedreven voelde.” In een e-mail aan het bedrijf deelt Laura dit inzicht. Daarop wordt ze nogmaals uitgenodigd voor een gesprek met haar leidinggevende.
“Hij gaf eerlijk aan dat hij de eerdere gesprekken als een aanval op zijn persoonlijk kunnen had ervaren én gaf toe dat hij fout zat. Hij bevestigde dat ik op geen enkele manier onderdeed voor mijn mannelijke collega; dat had hij zich onvoldoende gerealiseerd.”
Laura is inmiddels gepromoveerd tot senior en werkt nog steeds met veel plezier bij het bedrijf. Kort na de gesprekken waarin ze het bedrijf heeft gewezen op de loonkloof zijn ook meerdere vrouwen benoemd in het managementteam.